Voorbereiding

• Vet een vlaaivorm met losse bodem en een diameter van 24 centimeter licht in met boter.
• Verwarm de oven voor op 180°C.

Harde Wenerdeeg

• Doe basterdsuiker, boter, ei en de geraspte citroenschil samen in een kom en mix met een handmixer tot een egale massa.
• Voeg Zeeuwse bloem, baking soda en zout toe en meng met een lepel tot een soepel deeg ontstaat. Kneed het eventueel door met de hand.
• Verpak het deeg in huishoudfolie en laat 30 minuten rusten in de koelkast.

Banketbakkersroom

• Doe melk in een steelpannetje en zet op laag vuur.
• Snijd vanillestokje in de lengte doormidden en schraap het merg er met een scherp mesjes uit. Voeg merg en stokje toe aan de melk. Breng aan de kook op laag vuur. Blijf goed opletten dat het niet aanbrandt.
• Klop met een garde ondertussen de eidooiers, suiker en custardpoeder tot een romig papje.
• Klop een klein beetje warme melk door het eidooiermengsel.
• Zodra de melk kookt, voeg het eidooiermengsel toe en breng het geheel al roerend opnieuw aan de kook.
• Laat het 2 minuten op laag vuur rustig koken tot een dikke massa ontstaat.
• Giet de banketbakkersroom op een plat bord, dek af met huishoudfolie en laat afkoelen in de koelkast.
• Klop de slagroom samen met suiker stijf. Bewaar in de koelkast.

Witte chocoladeganache

• Breek de chocolade in stukken en doe in een diepe schaal.
• Verwarm in een pannetje op laag vuur de slagroom tot het kookpunt. Haal van het vuur en giet de room over de chocoladestukjes. Laat de chocolade smelten en roer het af en toe goed door met een spatel. Zodra alle chocolade gesmolten is, roer goed door tot een glad mengsel en laat afkoelen.

Samenstelling

• Haal het Wenerdeeg uit de koelkast. Bestuif de werkbank met wat bloem. Rol met een deegroller het deeg onder af en toe keren uit tot een ronde lap die iets groter is dan de bakvorm.
• Leg het deeg op de bakvorm en druk het zachtjes aan in de vorm.
• Snijd overtollige deeg langs de rand af met een mes en prik wat gaatjes in de bodem.
• Bak de vlaaibodem in 20 minuten voor in de oven.
• Maak ondertussen de aardbeien voor de gelei schoon en snijd in partjes. Doe ze in een schaaltje en zet apart.
• Zodra de taartbodem klaar is, neem uit de oven en haal het direct uit de vorm. Laat even afkoelen op een taartrekje.
• Bestrijk de bodem met een laagje chocoladeganache en laat volledig afkoelen.

Aardbeiengelei

• Week 1 blaadje gelatine 5 tot 10 minuten in koud water (volg de instructies op de verpakking).
• Pureer de aardbeien met een staafmixer.
• Zeef de aardbeien en vang het sap op in een kommetje. Druk met een lepel al het sap eruit.
• Giet het sap in een pannetje en breng dit samen met de suiker op laag vuur aan de kook. Laat pruttelen tot alle suiker is opgelost. Haal van het vuur en roer het uitgeknepen gelatineblaadje erdoor. De gelei wordt nu steviger. Zet dit minstens 30 minuten in de koelkast om af te koelen en op te stijven.

Garnering

• Meng 400 gram van de afgekoelde banketbakkersroom met de opgeklopte slagroom.
• Doe dit mengsel in een spuitzak en vul de vlaai hiermee.
• Maak de aardbeien schoon. Snijd ze eventueel in partjes of plakjes.
• Schik de aardbeien op de vulling en bestrijk met de gelei.
• Garneer de vlaai met muntblaadjes.