Voorbereiding voor het koekhuisje

• Verwarm de oven voor op 180°C.
• Bekleed twee bakplaten met bakpapier.
• Maak van karton of bakpapier mallen van het koekhuisje.

Koek

• Meng bloem, baksoda, zout, alle specerijen en de sinaasappelrasp in een kom.
• Smelt boter in een pan en laat even afkoelen.
• Roer suiker en molasses erdoor en vervolgens de eieren.
• Giet het vloeibare mengsel bij de bloem en kneed tot een samenhangend deeg. Voeg eventueel wat extra bloem toe als het te plakkerig blijft.
• Verdeel het deeg in zes stukken en koel tot het stevig genoeg is om uit te rollen.
• Rol de deegplakken apart uit en snijd in de vorm van het huisje dat u wilt bouwen.
• Leg de stukken deeg op de bakplaten en bak kleinere stukken circa 7-8 minuten en grotere stukken circa 10-14 minuten in de hete oven.

Icing

• Klop eiwitten schuimig.
• Voeg al kloppend poedersuiker eetlepel per eetlepel toe aan de eiwitten.
• Voeg het citroensap toe en blijf kloppen tot stijve pieken.
• Bedek de icing met een vochtige doek tot gebruik.

Samenstellen van koekhuisje

• Spuit een randje icing langs de rand van de achterkant van het koekhuisje en duw de zijkanten er in.
• Spuit een randje icing aan de achterkant van de voorkant van het gebouw en duw voorzichtig in de ‘zijmuren’ van het huisje.
• Spuit wat icing op de bovenkant van de voor en achter gevel en druk hier het dak tegen aan.
  Bouw op die manier het koekhuisje op.
• Plaats het koekhuisje op een serveerschaal en decoreer met icing en snoepgoed.