Kersen smaken nog lekkerder in deze kleine kruimelvlaaitjes

Kun je kersen het hele jaar door kopen?

In de zomer is het uiteraard het lekkerst om verse kersen toe te voegen aan je baksels. Gelukkig groeien veel, voornamelijk zoete, kersensoorten goed in Nederland. In juni begint hier het echte kersenseizoen en kun je er tot en met augustus van genieten. Zijn er geen verse kersen verkrijgbaar, maar wil je toch aan de slag met deze rode vrucht? Kies dan voor diepvrieskersen en niet voor de vrucht uit blik. Uit blik bevatten ze namelijk veel vocht, waardoor je ze niet goed kan verwerken in je baksels.

Dit heb je nodig voor kruimelvlaai:

Bodem:

100 gram suiker
200 gram boter (in blokjes)
300 gram bloem
1 ei
snuf zout

Vulling:

500 gram ontpitte kersen
kaneel

Kruimels:

100 gram suiker
200 gram koude boter
300 gram bloem
snuf zout

Bakgereedschap

Wegwerpbakvormpjes van 10 cm Ø

Zo maak je vlaai met kersen

Verwarm de oven voor op 170 ⁰C.
Meng voor de bodems de bloem met de suiker en het zout. Voeg de boter en het ei toe en meng alles kort tot een soepel deeg.
Verpak het deeg in plasticfolie en laat 30 minuten rusten in de koelkast.
Rol het deeg op een met bloem bestoven werkblad uit tot een lap van ca. 3 mm dik.
Steek rondjes van 10 cm Ø uit en bekleed hiermee de bodem van de bakvormpjes.
Meng alle ingrediënten voor de vulling door elkaar en breng hiervan een laag van ca. 1 cm aan op het deeg in de bakvormpjes.
Meng voor de kruimels de suiker en de boter door elkaar.
Voeg de bloem en het zout toe en wrijf alle ingrediënten met je vingertoppen tot grove kruimels.
Bestrooi de vlaaitjes royaal met de kruimels. Wil je liever een geruit patroon op de vlaaitjes? Maak dan wat extra ‘bodemdeeg’ en vlecht dit over de bovenkant.
Bak de vlaaitjes in ca. 20 minuten goudbruin en gaar in de oven.
Laat afkoelen en bestuif voor het serveren met poedersuiker. Tip: ook met een bolletje ijs is dit taartje heerlijk!