E-meel? Schrijf je in voor de Heel Holland Bakt nieuwsbrief

Ontvang de laatste nieuwtjes en recepten.

Lees hier de privacyverklaring.

Terug

Ingrid: "Ik stond rustig een kwartier te praten en dan vergat ik te bakken"

Kandidaat Ingrid moet na de derde aflevering de tent helaas verlaten. Ze beantwoordt 10 vragen!

Ingrid (5) BW

Kandidaat Ingrid verlaat de Heel Holland Bakt tent

Ingrid (51) uit Hellevoetsluis wilde vorig jaar ook al meedoen aan Heel Holland Bakt, maar was ziek tijdens de audities. Ze was echter niet voor één gat te vangen en probeerde het dit jaar gewoon nog een keer. En nu kwam ze alsnog in de tent terecht. Helaas moet Ingrid de tent na dit derde bakweekend verlaten. “Het is best raar, want je kent elkaar niet, maar toch voelt het snel heel vertrouwd.” Haar deelname aan seizoen 10, rondt Ingrid af met antwoorden op 10 vragen.

1. Omschrijf jezelf als bakker

Smaakvol. Ik ga altijd voor smaak. Mijn zoon is kok en mijn man kookt graag, dus we hebben een kast vol met kruiden in huis. Dan ruik en proef ik even en bedenk ik nieuwe combinaties.

Onbekend. Ik ga graag voor het onbekende en iets nieuws.

Uitdaging. Ik bak bijna nooit twee keer hetzelfde en schrijf het nooit op. Wanneer iemand me naar een recept vraagt weet ik 9 van de 10 keer niet meer wat ik er precies ingedaan heb. De baksels die ik in de tent heb gemaakt maak ik waarschijnlijk ook niet meer precies op dezelfde manier. Herhaling vind ik lastig, ik wil elke keer iets anders doen.

Een chaoot. Ik begin altijd heel georganiseerd, maar halverwege stopt dat ook weer.

Toegewijd. Als ik begin maak ik het af tot het einde. Of het nou lukt of niet. In de tent begon ik bijvoorbeeld helemaal verkeerd aan een lijst van meringue, maar toen ik besefte dat ik er niks meer aan kon doen ging ik gewoon op dezelfde voet door. Ik riep tegen de taart: wat doe ik nou, wat doe ik nou? Janny liep langs en dacht volgens mij dat ik gek werd.

Blij en enthousiast. Ik ben een blije bakker. Ook als iets niet lukt word ik niet chagrijnig en blijf ik blij.

Origineel en vernieuwend. Ik probeer qua smaken en combinaties vaak nieuwe dingen. Dat heeft er denk ik ook voor gezorgd dat ik wat verder kwam in de tent, ondanks dat het niet helemaal af was.

Autodidact. Ik leer het bakken mezelf aan en zoek niks op.

2. Van welk baksel werd je als kind heel blij?

“Die liefde is er al heel lang, maar komt en gaat met golven. Mijn ouders waren niet van het bakken, mijn liefde voor gebakjes is denk ik ontstaan door mijn opa en oma. Ik had twee opa’s en oma’s. De ene opa en oma waren praktisch, voor een broodje tijdens schooltijd. Bij de anderen ging ik leuke dingen doen en samen met mijn broer logeren in de vakanties. Ze kochten dan altijd de lekkerste gebakjes bij een banketbakker in Scheveningen. Dat was een feest. Iedereen mocht zijn eigen gebakje uitzoeken. Ik koos altijd voor rolletjes kletskoppen met room erin of hazelnootschuimgebakjes. Die laatste zijn nog steeds mijn favoriet. Op een gegeven moment dacht ik waarschijnlijk: dat wil ik ook kunnen maken.”

3. Waar haal je je bakinspiratie vandaan?

“Mijn bakinspiratie haal ik overal en nergens vandaan. De ene keer is het een tv-programma, de andere keer maak ik wat ik voorbij zie komen op social media, of gewoon uit mijn eigen hoofd haal. Ik volg nooit een heel recept, maar gebruik basisrecepten en geef daar mijn eigen draai aan.”

4. Wat maak je voor een feestje?

“Doordat ik niet vaak hetzelfde maak, heb ik eigenlijk geen signatuurbaksel. Wel maak ik soms meerdere variaties op hetzelfde baksel, nu zijn dat bijvoorbeeld cupcakes. Ze hebben dan steeds een andere vulling of topping.”

5. Hoe heb je je deelname ervaren?

“Het was heel gezellig in de tent. De onderliggende contacten met de bakkers waren heel leuk. Het is best raar, want je kent elkaar niet, maar toch voelt het snel heel vertrouwd. Bij het voorstel om ideeën uit te wisselen riep ik verbaasd: ‘maar het is toch een wedstrijd?’ Maar dat maakte niks uit. Ondanks dat het een hele gemêleerde groep was konden we het erg goed met elkaar vinden. Het voelde niet als een competitie.”

6. Wat er ging er super goed in de tent?

“Ik heb me gedragen zoals ik dacht dat ik me zou gedragen. Ik ben heel sociaal. Ik vond het wel heel spannend, met een camera in je gezicht. Je moet heel veel dingen tegelijk kunnen. Een verhaal vertellen en intussen ook nog bakken én op de tijd letten. Ben ik niet zo goed in, kwam ik achter. Ik stond rustig een kwartier te praten en dan vergat ik te bakken. Soms was er een uur voorbij en dacht ik: ‘wat heb ik nou eigenlijk gedaan? Er staat nog geen taart in de oven.’ Na de eerste aflevering dacht ik dat het niks werd. Maar gelukkig ging het daarna een beetje beter. Het hoort ook gewoon bij mijn karakter.”

7. Wat heb je geleerd in de tent?

“Ik heb heel veel geleerd over het programma, maar natuurlijk ook over mezelf, de anderen om me heen en het bakken. De praktische tips van Robèrt waren heel erg handig en daar heb ik vast en zeker later ook nog iets aan. Ik stond in de tent een keer met een maatbeker milliliters af te lezen, maar Robèrt zei: “Heb je dat ooit in een bakkerij gezien? Alles in grammen.” Nu hoor ik elke keer nog zijn stem in mijn hoofd herhalen: alles in grammen, alles in grammen. Hij is echt een vakman, waar je zoveel van kan leren.”

8. Welk baksel van jezelf geef je een dikke 10?

“Dat is toch echt de signatuuropdracht van de derde aflevering. Daarin moest je een amandelcake maken in de stijl van Van Gogh. Hij was zo super strak geworden en zelfs nog mooier dan thuis.”

9. Welke opdracht heb je in je hoofd al 10 keer overgedaan?

“Ik keek echt uit naar de Van Gogh-opdrachten, want ik ben een kunstliefhebber en had meteen al heel veel ideeën. Toen was het moment van de aflevering daar. Ik startte nog goed met de signatuuropdracht, daarna ging het steeds ietsje minder, totdat het spektakelstuk kwam. Daar was het crash and burn. Heel jammer en zuur. Ik was heel erg gefocust op de opdracht en nam het heel letterlijk. Die focus werd zo extreem, dat er in mijn hoofd geen ruimte meer was voor wat speling. Dat kostte me de kop.”

10. Waar zie jij jezelf over 10 jaar?

“Ik hoop dat ik gezond en gelukkig ben. Maar ook dat bakken nog een rol speelt in mijn leven. Ik wil daar heel graag iets mee doen, maar ik ben mijn voelsprieten nog aan het uitzetten. Stel, iemand in mijn omgeving wil een taart voor een verjaardagsfeest, dan zeg ik geen nee. Ik merk dat mijn passie bij bakken ligt.”

Alles over Ingrid

Wil je meer zien van deelnemer Ingrid?

KANDIDAAT Ingrid

Reageren

Je kunt op dit moment niet reageren.